menu

ZONNETIJD EN KLOKTIJD

In Nederland kunnen we in de periode dat de zomertijd in gebruik is goed merken dat de kloktijd niet hetzelfde is als de zonnetijd. 's Ochtends is het nog relatief lang fris en op het einde van de middag, tegen etenstijd, staat de zon nog zo hoog. De wettelijke tijd loopt zomers ruim 1½ uur voor op de ware zonnetijd.

Na een dag reizen naar het oosten, zuiden of noorden toe, bijv. naar Berlijn, Italië of Noorwegen hoeft de tijd op het horloge niet veranderd te worden. Bij aankomst in Groot-Brittannië moet de tijd echter een heel uur teruggedraaid worden. (In de meer westelijk gelegen gebieden komt de zon pas later op.)

Bij het omgaan met de zonnewijzer ervaren we dat met verbazingwekkend veel zaken rekening moet worden gehouden opdat de zonnewijzer de moderne kloktijd aangeeft.

Deze tekst biedt een toelichting op de wijze waarop de ene tijdsindeling zich verhoudt tot de andere.

De ware zonnetijd gaat alleen uit van de plaats van de zon aan de hemel. Wanneer de zon culmineert, is het 12 uur ware zonnetijd. Na een ware zonnedag staat de zon wederom boven het zuidpunt. Ware zonnedagen duren niet even lang.

De zon heeft gemiddeld 24 uur nodig om weer door het zuiden te gaan. Er zijn dagen dat de zon bijna een halve minuut langer over zijn dagelijkse baan doet dan op de volgende of voorafgaande dag. Dit hangt samen met de ellipsvormige baan van de aarde om de zon en de scheve stand van de aardas ten opzichte van haar baan om de zon (geocentrisch gezien: het uit- en inwikkelen van de zon).

Het maken van klokken die met de ware zonnetijd gelijk lopen, zou heel wat vakkennis en inspanning vereisen. In de begintijd van de raderuurwerken werden op torens en gebouwen én een klok én een zonnewijzer aangebracht. De burgers zagen vanuit de wijde omgeving op de kerktorenklok hoe laat het was.

Op het einde van de Middeleeuwen werd de kerkklok regelmatig gelijk gezet met de tijd op de zonnewijzer. In tegenstelling tot nu, was de veranderlijke ware zonnetijd de tijd waarop de mensen zich richtten. Zonnewijzers zoals de hoepelsferen en muurzonnewijzers geven de ware zonnetijd aan.

De middelbare zonnetijd is de gemiddelde tijd tussen de culminaties van de zon. Klokken behoren na 24 uur weer dezelfde tijd aan te geven.

De kleine dagelijkse verschillen in het versneld of vertraagd afleggen van de zonnebaan kunnen cumulatief oplopen tot 16 minuten vroeger of 14 minuten later dan de ware zonnetijd.

  • Van 26 juli tot 3 november is de zon relatief snel; de ware etmalen duren iets korter dan 24 uur.
  • In september duurt een 'waar etmaal' het kortst. Als op 3 november de zon in het zuiden staat, is het pas 11.44, wanneer we ons baseren op de middelbare zonnetijd.
  • Van 3 november tot 11 februari is de ware zonnedag iets langer dan 24 uur.
  • In december duurt een 'waar etmaal' het langst.
  • Op 11 februari culmineert de zon pas om 12.14 middelbare zonnetijd. (De zon is na 11 februari eerst ruim drie maanden aan de snelle kant en dan tot 26 juli aan de langzame kant.)

Het tijdverschil tussen ware zonnetijd en middelbare zonnetijd heet de tijdvereffening.

Veel zonnewijzers geven ook de tijdvereffening aan; meestal in de vorm van een lemniscaat. De betere zonnewijzers geven niet alleen de tijdvereffeninglus voor 12 uur aan. Om álle uurlijnen heen zijn lussen ingetekend; bij sommige zelfs om elk half uur.

Op de tijdvereffeningslus van 12 uur staat november aan de '1 uur kant'; het lijkt alsof het 12.16 is; het is echter pas 12 uur.

In plaats van door een lus, kan de tijdvereffening ook door getallen worden aangegeven. Bij elke maand staat een getal tussen -16 en + 14. Bij de tijd die de schaduw aangeeft, moet de tijdvereffening worden opgeteld. Een voorbeeld: de novemberzon culmineert; het is 12 uur ware zonnetijd. Bij november staat -16; het is dus 11.44 middelbare zonnetijd.

De plaatselijke middelbare zonnetijd leidde in de 19e eeuw tot veel problemen bij het treinreizen. Door afspraken over tijdzones is de wettelijke tijd tot stand gekomen. Greenwich (nabij Londen) ligt op 0

Bron: Liesbeth Bisterbosch: "Sterrenkunde voor klas 7 van de Vrije School"
een uitgave van het (toenmalige) VPC, tweede druk 1996.

( Plaatjes )

Home · contact · Een Klaar Zicht © 1995 - 2024